Βij het aantreden van de regering werd onmiddellijk duidelijk dat ook van het onderwijspersoneel een ‘inspanning’ zou gevraagd worden. Enkel het basisonderwijs zou ontzien worden. In eerste instantie wilde de regering deze besparing doorvoeren om voor het jaar 2015 een begroting in evenwicht te realiseren. Recent is gebleken dat dit niet langer haalbaar is. Zelfs de minister-president heeft moeten inzien dat een tekort op de Vlaamse begroting niet het einde betekent van de wereld – of van Vlaanderen, want daartoe is zijn perspectief beperkt.
Men wilde de besparing verdelen over de verschillende onderwijsniveaus, met een onbegrijpelijk zware inspanning voor de CLB-sector. Het basisonderwijs zou ontzien worden. Het hoger onderwijs ook, maar zou dan wel getroffen worden door de vermindering van de financiële enveloppe. Alles samen moest de loonkost in 2015 verminderd worden met ongeveer 28 mio euro. Aangezien maatregelen op het personeel meestal slechts vanaf het nieuwe schooljaar resultaat hebben, moet deze besparing dus gerealiseerd worden op vier maanden tijd (september tot en met december). Een maximale impact zou 1700 jobs in het gedrang brengen. Bovendien zou in 2016 een besparing van 112 mio euro gerealiseerd worden wat veel meer is dan de beoogde doelstelling van 46 mio euro.
Tijdens de voorafgaande informele besprekingen hebben wij steeds benadrukt dat wij zoveel mogelijk jobs wensten te behouden. Ook het optrekken van de prestatienoemers in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs naar 22 – de natte droom van sommige inrichtende machten – was voor ons van in het begin onaanvaardbaar. Wij hebben duidelijk gemaakt dat er in dat geval voor de rest van de legislatuur geen sprake meer kon zijn van een loopbaandebat.
Vervolgens heeft ACOD Onderwijs, net zoals bij het raamakkoord, een constructief voorstel gedaan om een besparing op de loonkost te realiseren zonder jobs in het gedrang te brengen. Dit voorstel bestaat erin het aantal benoemde personeelleden op te voeren. Dit zorgt inderdaad voor een daling van de loonkost, omdat de werkgeversbijdrage voor een vastbenoemde beduidend lager ligt dan voor een tijdelijk personeelslid.
Wat betekent dit concreet voor het personeel? De benoemingen worden vervroegd van 1 januari naar 1 juli. Er komt een bijkomend benoemingsmoment op 1 oktober voor de personeelsleden die pas op 1 september TADD’er worden. In een volgend nummer van Tribune zullen we de procedure uitgebreid uiteenzetten. Bovendien kan er in 2015 bijvoorbeeld ook in overgedragen lesuren – naar het volgende schooljaar of van de ene school naar de andere – benoemd worden.
Het vervroegd benoemen zal voor alle onderwijsniveaus gelden, dus ook voor het basisonderwijs.
Hierdoor kan meer dan de helft van de besparing gerealiseerd worden zonder jobverlies!
Jammer genoeg volstaat deze maatregel niet. Daarom zal er ook ingegrepen worden op de vervangingsmogelijkheden. Veertien dagen voor een vakantieperiode zal een afwezig personeelslid niet meer vervangen kunnen worden. Dit geldt voor alle onderwijsniveaus, behalve het basisonderwijs. Ook deze maatregel zullen we later verder toelichten.
Dat het niet vervangen van afwezige collega’s jobs kost en daarnaast de werkdruk verhoogt voor de andere collega’s, staat buiten kijf. Wij verwerpen deze maatregel met de grootst mogelijke stelligheid en zullen alles in het werk stellen om hem zo spoedig mogelijk ongedaan te maken.
Dankzij ons voorstel – besparen door sneller en ruimer te benoemen – blijft het jobverlies beperkt tot enkele honderden, hoewel wij ook dat te veel vinden.
Het benoemen op 1 juli heeft een bijkomend positief effect. De termijn tussen de vacantverklaring en de benoeming wordt korter, zodat er geen vacant verklaarde betrekkingen kunnen wegvallen of geschrapt worden. Ook het benoembaar maken van overgedragen uren – zowel tussen instellingen als naar het volgende schooljaar – maakt dat de inrichtende machten in 2015 minder middelen in handen hebben om vacante uren oneigenlijk af te schermen.
ACOD Onderwijs is alles behalve gelukkig met de steeds weerkerende besparingsoefeningen. In plaats van te investeren in het onderwijspersoneel wordt er steeds opnieuw op de personeelsmiddelen beknot. Opmerkelijk is dat er altijd eerst naar het secundair onderwijs wordt gekeken, alsof men daar in luxe leeft. ACOD Onderwijs vertegenwoordigt álle personeelsleden, van het kleuteronderwijs tot de universitaire instellingen. Wij zullen niet toestaan dat de verschillende niveaus tegen mekaar worden uitgespeeld. De terechte noden van bijvoorbeeld het basisonderwijs moeten opgelost worden door bijkomende investeringen, niet door middelen te onttrekken aan de andere niveaus.
Dit artikel verschijnt ook in het meinummer van ons ledenblad Tribune. Reageren kan door een e-mail te sturen naar Raf De Weerdt